Als gevolg van de verplichtingen ingevolge de Wft en Wwft, is een tendens zichtbaar geworden dat banken steeds meer klanten met veel contante geldstromen proberen te weren. Bovendien proberen zij bestaande klantrelaties met dit soorten klanten ook vaak te beëindigen en zoeken zij zelfs, zo is de ervaring, soms spijkers op laag water om van dat soort klanten af te komen. Klanten met veel contante geldstromen vallen dus duidelijk niet meer onder het risk appetite van de bank. Soms zeggen banken om deze reden de relatie met de klant zelfs op. Kan dat zo maar?
Wft en Wwft
Financiële instellingen, zoals banken, zijn op grond van financiële wet- en regelgeving, waaronder de Wet op het financieel toezicht (Wft) en de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) verplicht om onderzoek te doen naar de herkomst van gelden van haar klanten. Een dergelijke onderzoek kan bemoeilijkt worden als de desbetreffende klant zelf veel contante betalingen ontvangt en die op de rekening wil storten. De herkomst van contanten is namelijk lastiger te traceren dan girale overboekingen.
Contante betalingen
Ondernemingen die veel met contant betalende klanten geconfronteerd worden, zien zich dus vaak geconfronteerd met een spervuur aan vragen en uiteindelijk ook niet zelden met een opzegging van de klantrelatie. Voor sommige ondernemingen kan een dergelijke opzegging van een bankrelatie desastreuze gevolgen hebben. Vaak kunnen zij bij andere banken geen bankrekening geopend krijgen. Als gevolg van de beëindiging van de bankrelatie kan het in het uiterste geval zo zijn dat zo een onderneming dan verstoken raakt van toegang tot het bancaire betalingsverkeer. Dit maakt verdergaan met de exploitatie van de onderneming dan onmogelijk.
Opzeggen bankrelatie
Banken lijken dus steeds vaker bankrelaties op te zeggen op grond van een gesteld niet goed kunnen voldoen aan hun verplichtingen op grond van financiële wet- en regelgeving, waarbij contante geldstromen banken dus vaak een doorn in het oog zijn. Het kan echter lonen om door een rechter te laten toetsen of een opzegging van een bankrelatie door een bank wel door de beugel kan. De opzegging van een bankrelatie door een bank is namelijk niet altijd terecht. Dat geldt te meer als het gevolg van een opzegging zou zijn dat een onderneming zonder bankrekening zou komen te zitten.
Algemene bankvoorwaarden
In de algemene bankvoorwaarden die banken hanteren is in artikel 35 bepaald dat banken in beginsel een bankrelatie kunnen opzeggen. Bij de uitoefening van die bevoegdheid moet een bank echter wel voldoen aan de in artikel 2 lid 1 van de Algemene Voorwaarden opgenomen zorgplicht en aan de eisen van redelijkheid en billijkheid als bedoeld in artikel 6:284 BW. Het kan zijn dat de opzegging van een bankrelatie door een Bank aan deze voorwaarden niet heeft voldaan. De opzegging is dan onrechtmatig en kan door een rechter dan worden tegengehouden of teruggedraaid.
Hieronder wordt een voorbeeld besproken waarin een bank die de bankrelatie opzegde werd teruggefloten door de rechter en geen verdere uitvoering mocht geven aan de opzegging van de bankrelatie. Wat speelde hier?
Contant geld
Het ging hier om een handelaar in tweedehands auto’s die veel zaken doet met Afrikaanse handelaren die regelmatig contant voor de auto’s betaalde. De handelaar wilde die contanten vervolgens afstorten en kreeg toen veel vragen van de bank over de herkomst van de gelden. De beantwoording van deze vragen vergde een hoop administratieve rompslomp en kostte ook veel en de ondernemer kreeg het idee dat bij vraag die hij beantwoordde weer tot nieuwe vragen leidde. Tijdens een bespreking bij de bank hierover zouden de gemoederen op bepaald moment hoog zijn opgelopen en zou uiteindelijk een verhitte discussie zijn ontstaan. Volgens de bank zou de ondernemer geweigerd hebben bepaalde vragen te beantwoorden. Volgens de ondernemer zelf was dat niet zo en zou de bank nog een lijst met vragen gaan sturen.
Naar de rechter
Uiteindelijk zegde de bank na die vervelend verlopen bespreking de bankrelatie op en heeft zij de e-mail met vragen ook niet meer gestuurd. Omdat in desbetreffende procedure op basis van verklaringen van beide partijen inderdaad kan worden vastgesteld dat de bank nog een e-mail met vragen zou sturen, vond de rechter dat de bank door de klantrelatie op te zeggen en niet eerst haar vragen nog te stellen te snel had gehandeld. Bij dat oordeel liet de rechter meewegen dat de ondernemer al tien jaar bij de bank bankierde, in het verleden steeds uitleg had gegeven over de herkomst van contante betalingen en het ook mede gelet op de branch waarin de onderneming opereerde lastig kon zijn om bij een andere bank een zakelijke bankrekening te openen. Kortom, alle omstandigheden werden meegewogen.
Opzeggen onrechtmatig
Op basis hiervan concludeerde de rechter dat de bank met de opzegging van de klantrelatie in strijd handelde met de eisen van redelijkheid en billijkheid, wat onaanvaardbaar is. De rechter bepaalde dan ook dat de bank de bankrelatie vooralsnog diende de voort te zetten en de betaalrekeningsfaciliteit aan de onderneming moest blijven verschaffen. In dit geval loonde het dus om de gang naar de rechter te maken.
Het is dus zo dat een bank in beginsel een contractuele bevoegdheid heeft de relatie met een klant te beëindigen maar de opzeggingsbevoegdheid van een bank en haar contractuele vrijheid zijn echter niet onbegrensd. De omstandigheden van het geval kunnen meebrengen dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat een bank van deze contractuele opzeggingsbevoegd gebruikt maakt. Een opzegging moet verder beoordeeld worden tegen de achtergrond van de bancaire zorgplicht op grond waarvan een bank bij haar dienstverlening zorgvuldigheid in acht moeten nemen, waarin ook het belang van betalingsverkeer voor de rekeninghouders wordt meegenomen. Contante inkomsten kunnen an sich in elk geval geen reden vormen voor opzeggen van een bankrelatie. Contant geld is immers nog steeds een wettig betaalmiddel. Voor een rechtsgeldige opzegging van de bankrelatie moet dus echt meer aan de hand zijn.
gepubliceerd door Hein Hoogendoorn