Instantie: Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak: 24-02-2015
Datum publicatie: 09-04-2015
Zaaknummer: 200.162.231-01
Rechtsgebied: Insolventierecht
Bijzondere kenmerk: Hoger beroep
Inhoudsindicatie
Gedeelte schulden niet te goeder trouw ontstaan; Het hof acht evenwel gronden aanwezig om [appellanten] alsnog tot de schuldsanering toe te laten, nu voldoende aannemelijk is geworden dat zij de omstandigheden die bepalend waren voor het ontstaan en onbetaald laten van hun schulden onder controle hebben gekregen.
Vindplaats: Rechtspraak.nl
Commentaar op de uitspraak
Een echtpaar wordt door de rechtbank niet toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling omdat sprake is van een fraudeschuld. Volgens de wet is toelating dan niet mogelijk. Wij stellen voor het echtpaar hoger beroep in bij het gerechtshof. We doen een beroep op de hardheidsclausule; er is inmiddels het nodige veranderd waar de rechtbank geen rekening mee heeft gehouden. Zo is sprake van beschermingsbewind en van budgetbeheer, en daarom is de kans op herhaling erg klein. Het gerechtshof is het daarmee eens, en geeft het echtpaar de kans van de schulden af te komen via de WSNP.
Dat was hoogstwaarschijnlijk nooit gelukt zonder het beschermingsbewind en/of het budgetbeheer. Deze twee mogelijkheden zijn in de praktijk van groot belang. Niet alleen om toegelaten te worden tot de schuldsaneringsregeling, maar ook om deze met succes te voltooien.
